Nog effe een pilske en een uitsmijter bij Bennie en Franca

André van Duin zong dat er een paard in de gang stond. Er stond ooit een paard mét berijder midden in De Hospes in Leende. Uitbater Bennie van Hooff (64) gaat met pensioen en hij heeft zijn zaak te koop gezet. Het is april en het fietscafé, een populaire halteplaats op diverse routes door de bosrijke omgeving, opent toch weer zijn deuren. 

Het fietsseizoen begint, de Hospes gaat weer open
“Ik ben opgegroeid in dit café”, zegt Van Hooff, die samen met zijn vriendin Franca de nering al 34 jaar runt. “En mijn ouders hebben 42 jaar in het café gestaan. Daarvoor was het café van mijn oma. Jongen, ik word ouder, je kunt wel aan de gang blijven. Nee, het is mooi geweest voor Bennieke.”

De Hospes ligt aan verschillende fietsroutes. Tijdens het fietsen rond Leenderstrijp, kun je koers zetten naar onder meer de Strabrechtse Heide, de Groote Heide en het Leenderbos. De Achelse Kluis en de Malpie zijn ook niet ver weg. 
“Het is niet meer zo druk dan dat het ooit was”, zegt Van Hooff. “Veel fietsers nemen tegen-woordig zelf een boterhammeke en thermos-fles mee. En ze gaan ergens in het bos op een bankje zitten. En je ziet die groepjes avond-fietsers vrijwel niet meer. Vroeger was het bij ons regelmatig tot ‘s avonds laat vol. Er is veel veranderd in de afgelopen kwart eeuw. Corona heeft er natuurlijk ook ingehakt.”

Buffelen op het terras
Bennie van Hooff werkt van april tot november zeven dagen in de week. Tenminste, indien no-dig. “Wanneer het slecht weer is”, verduidelijkt hij, “dan gaan we soms niet open. Want als het regent, komen er geen fietsers. Maar bij mooi weer is het nog steeds regelmatig buffelen op het terras. Ik heb veel respect voor mijn vriendin. Franca staat elke morgen om kwart voor zeven op. Dan gaat ze naar haar werk in een etikettenweverij. En ‘s avonds helpt ze mee in het café. Dat doet ze ook in de weekeinden en in de vakantietijd. We zijn sinds 1982 bij elkaar.”

‘Al met al tel ik mijn zegeningen. In 34 jaar zijn we maar één keer overvallen. Efkes afkloppen’

In al de jaren, heeft Van Hooff slechts een keer een erg nare ervaring gehad. “Hemelvaart 2008”, herinnert hij zich. “Drie mensen met bivakmutsen op in het café. We waren al dicht. Ik hoorde wat en ging naar binnen. Ze schenen met een zaklamp in mijn gezicht. En de heren waren totaal niet onder de indruk van Bennieke. Stond ik daar te shaken in mijn onderbroek. De buit? Een paar honderd euro en wat sigaretten. Ik liet daarna de boel goed beveiligen. We hebben een alarmsysteem en zestien camera’s. Al met al ik tel mijn zegeningen. In 34 jaar zijn we maar één keer overvallen. Efkes afkloppen.”

En wat is het verhaal met dat paard? “Er was iets te doen in de buurt”, aldus Van Hooff.  “Ineens komt mijn achterbuurman op zijn paard het café binnen. Hij pakt een potje bier, zijn paard wordt door iedereen geaaid. Na een half uur vertrekken ze. Alsof het de normaalste zaak van de wereld is. Ach, ik kon er wel om lachen.” 

Goeie soep
Van Hooff wijst op zijn menukaart. “Een kleine kaart”, zegt-ie. “Uitsmijter, satéetje, balleke gehakt, soep. En zeven bieren op tap. Ik heb vaak in mijn eentje gewerkt: bestellingen opnemen en klaarmaken, bedienen, afrekenen. Als ze dan vier uitsmijters tegelijk bestellen, heb je het taai. Tegenwoordig is dat al hele-maal zo. De mensen zijn gehaaster geworden.” Van Hooff lacht. “Ze praten zelfs in Spanje over ons”, zegt-ie. “Het is lang geleden. Een stel komt mijn terras op. De man van dat koppel wil een tomatensoep. We hadden nog geen kaart. En wat soep betrof, kon ik destijds alleen tomatensoep serveren. Ik zeg dat-ie geluk heeft, dat we alleen tomatensoep hebben. Ja, dat wist-ie. Huh? Hij zegt, dat hij en zijn vrouw een tijdje terug op een terras in Lloret de Mar zitten. Ze raken daar in gesprek met een ander Brabants koppel. Blijkt, dat beide paren regelmatig de fiets pakken. Die man vraagt aan dat andere stel op welke fiets-routes ze goeie soep hebben. Bij De Hospes in Leenderstrijp, krijgt hij als antwoord, daar hebben ze de lekkerste tomatensoep.”

Bootje
Bennie en Franca verkopen het café. “Maar dat gaat niet zo gemakkelijk”, zegt Van Hooff. “Potentiële kopers hebben de mooiste plannen. Als het geld op tafel moet komen, wordt het wat moeilijker. We hebben ook geen kinderen, die het van ons over kunnen nemen. Maar als het verkocht is, ga ik met die van ons fietsen. En we gaan in de zomer op vakantie. Dat is de laatste 34 jaar niet gebeurd. Ik heb ook nog een visbootje. Dat bootje is amper gebruikt. Bij slecht weer was het café dicht, maar kon je niet gaan vissen door dat weer. En bij mooi weer moest je in het café zijn. Maar ho effe, we zijn nog steeds open. Je kunt gewoon langskomen om wat te eten en te drinken op ons terras.”