Verborgen parels in Eindhoven

Ron Vogels en Doris Mandeka kwamen allebei in de situatie terecht dat ze geen huis meer hadden. Als thuisloze is het moeilijk om vooruit te kijken en je een voorstelling te maken van de toekomst. Toch is dat waar ze elke dag hard voor werken. Alweer zeven jaar geleden was het Ron die ontdekte dat als hij zichzelf kunstenaar noemde hem dat perspectief gaf. Door kunst te maken opende zijn wereld. Ook door samenwerkingen aan te gaan: hij startte afgelopen april vanuit Springplank Atelier 56, een kunstruimte bij de daklozeninloop aan de Visserstraat waar kunst gemaakt en geëxposeerd wordt. Samen met Frank Willems heeft Ron het project One and one makes two opgezet. Daarnaast hebben Ron en Doris allebei een baan: Ron kwam via The living museum terecht bij Springplank en Doris werd vrijwillig begeleider bij kunstclub Skon Vitalis in Tongelre. ‘Hier doet het ertoe.’

Ron: ‘We exposeren en hebben een kunstruimte opgezet. Mensen komen bij Atelier 56 kunst maken. Daarmee komen ze in beweging en willen ze een toekomst krijgen. Ik geloof in kunst. Dat gaat mensen redden.’ Vogels maakt en exposeert. Het kunstenaar zijn en het werken in Atelier 56 helpt niet alleen hem, maar ook de kunstenaars én zijn compagnon Doris vooruit. Samen werken ze aan zichtbaarheid, ze willen hun verhaal vertellen. ’Wij vertegenwoordigen Atelier 56,’ zegt Doris.

Het verhaal vertellen, dat is nog maar ‘t begin

‘Het gegeven dat ik in deze situatie terecht ben gekomen weerhoudt me niet om positief te denken, kansen te zien en mogelijkheden aan te pakken. Dat is moeilijk, want vaak krijg ik ‘nee’ te horen. Nu is het tijd voor ‘ja’, geeft Doris aan. Wat dit betekent? ‘Dit is een reset van mijn leven. Ik werk aan mijn toekomst en aan die van meer mensen zoals ik. Het kan namelijk echt anders, ik geloof daar in.’ ’Wat wij doen is echt uniek.’ Ron doelt op wat de samenwerking in het Atelier teweegbrengt. ‘Workshops geven in de nieuwe Hub 56 bijvoorbeeld. Dat is een door Springplank beschikbaar gestelde plek, waar dak- en thuislozen kunnen wonen en begeleid worden door hun. Of neem het werk van Doris bij Vitalis Berckelhof waar hij in Atelier Skon elke week samen met ouderen kunst maakt.’ Ron: ‘Heel mooi om te zien hoe Doris’ positiviteit afstraalt op anderen, de ouderen hangen aan zijn lippen als hij ze helpt met hun kunstwerken.’

Mensen die in een vergelijkbare situatie zitten of zaten weer vooruithelpen; het tweetal wil graag iets bijdragen aan de maatschappij. Ron: ‘7 jaar geleden werd ik, door diverse omstandigheden, dakloos. Kunst heeft me echt geholpen. Ik kreeg de kans om in het oude gebouw van de Sociale Dienst een atelier op te zetten en dat heb ik gedaan. We zijn onder andere samenwerkingen aangegaan met Van Abbemuseum, Vitalis en Wij Eindhoven. Doris: ‘Ook CKE en Woonbedrijf, en vele mensen die we ontmoetten. Vaak zijn dat Angels, net als wij. Als je kunst een centrale rol wilt geven zijn al deze samenwerkingen zó belangrijk!’

Doris: ‘Zichtbaar zijn, deelnemen aan de maatschappij; elke keuze die ik maak is de weg vooruit. Onlangs heb ik mijn verhaal aan de wethouders uit de Metropoolregio mogen vertellen en kwam de Burgemeester van Eindhoven op bezoek. Ik ben een levend voorbeeld van hoe je vast kunt lopen. De slimste mensen maken soms de stomste fouten. Je maakt verschillende levels mee. En er komt een moment dat je kunt resetten. Je moet fouten maken om weer verder te komen. Maar wíl je dat, dan is kunst de motor. Dat verhaal wil ik laten zien.’

‘Kunst maken geeft thuislozen perspectief'

Ron: ‘We hebben bij het Van Abbemuseum geëxposeerd, zijn in contact met CKE en komen ook graag  in contact met andere instellingen. We willen groei behouden en creëren een creatief netwerk. Daarvoor moeten wij naar buiten komen, laten zien wie we zijn en wat we doen.’ Doris: ‘Ik maak het zichtbaar, ook in mijn werk. De stadia die je doorloopt, de reset. De mascotte op mijn schilderij vertegenwoordigt mij. Je ziet er ook de belangrijke mensen die ik ben tegengekomen in terug: de Angels, het outreaching team, Ron, Thijs, Marieke. Ik ben ze allemaal dankbaar.’